Een rijk cultureel verleden
De breuken in de ondergrond hebben de inrichting en het gebruik van het landschap bepaald. Archeologische vindplaatsen verwijzen naar een rijk cultureel en religieus verleden. Het gebied staat bol van verborgen verhalen met een hoofdrol voor de Peelrandbreuk en de Peelhorst als natuurlijke en culturele barrière.
Was de Peelhorst zelf te nat en te ontoegankelijke voor bewoning, de randzone was juist wel heel aantrekkelijk.
Kastelen
In de Middeleeuwen koos de adel al voor het wonen aan de rand van de Peelhorst. Door de constante aanvoer van water van de Peelhorst en de wijst waren ze altijd verzekerd van grachten gevuld met water. Bovendien kon het wijstwater, dat een vaste temperatuur heeft, minder gauw bevriezen.
Watermolens en boerenland
Langs de breuken werden watermolens gebouwd. Dit had alles te maken met de constante wateraanvoer en het hoogteverschil tussen slenk en horst. Boeren kozen vroeger voor een perceel in een wijstgebied, omdat er zelfs in de heetste zomers nog grondwater aanwezig was.
Verdediging
De natuurlijke barrière van de peelmoerassen werd gebruikt als verdedigingslinie, zelfs nog in de vorige eeuw door de aanleg van de Peelraamstelling, een verdedigingslinie aangelegd vlak voor WOII tegen de Duitsers.
Religie
Op verschillende plekken langs de breuk zijn putten geslagen op natte plekken waar kwelwater omhoog kwam. Het omhoogstuwende wijstwater werd in de middeleeuwen gezien als een bijzonderheid met genezende kracht. Het water heeft door de eeuwen heen mensen beter gemaakt. Wijstwater bevat namelijk veel ijzer en vroeger leden veel mensen aan ijzertekort. Daarom kregen deze putten vaak een religieuze betekenis en werden ze zelfs verklaard tot heilige bronnen. Drinken van het water van de ‘heilige put’ kon de pelgrims dan ook echt genezen.
Grondstoffen
De Peelhorst zorgde voor een rijk arsenaal aan grondstoffen. Denk aan turf- en veenwinning, maar ook het winnen van zand en grind en de grootschalige productie van ijzer en houtskool is terug te herleiden naar de breuken.